Ik heb medelijden met Peter Zuijdgeest. Dit meent mevrouw niet letterlijk; ze wil me zielig maken, kleineren. Drogreden 1: vals mededogen.
…die zich straks bij elke brief van de gemeente beledigd voelt omdat de overheid hem aanspreekt als iemand van het plebs. Uit de lucht gegrepen. In werkelijkheid werk ik al dertig jaar aan een overheid die gewonemensentaal schrijft. Drogreden 2: op de man spelen.
Terwijl hij toch tot de hoog opgeleide elite behoort. Ik heb inderdaad een studie afgemaakt, net als 3,6 miljoen andere Nederlanders. Behoor ik daarmee tot een kleine bevoorrechte groep, een elite? Ze richt een stropop op, zodat ze erop kan schieten. Drogreden 3: de stropop.
Zij hoeven zich niet, zoals de heer Zuijdgeest voorstelt, te melden bij het dommenloket. Dit heb ik niet gezegd of bedoeld. Drogreden 4: Vertekenen van het standpunt. (Met dank aan Nicole Baars voor het meedenken.)
De term “dommenloket” is een geslaagd voorbeeld van framing: een krachtig, emotioneel geladen woord gebruiken zodat je publiek de zaak eenzijdig in het door jou gewenste licht ziet. Bekende voorbeelden zijn kopvoddentaks, plofkip, aflosboete.
Wil je zelf beter leren argumenteren? Schrijf je dan in voor de training Sneller en beter beleid schrijven.